zondag 10 augustus 2025

Rembrandt, Smits en Hansken

Het Jakob Smits Museum in Mol-Sluis wil meer dan eens uitpakken met een tentoonstelling die meer dan de moeite waard is. Tot 12 oktober van dit jaar loopt er 'Rembrandt, Smits en Hansken' over onder meer een olifant die ooit in Mol gepasseerd is, en ook in Amsterdam: Rembrandt zal dat dier ongetwijfeld gezien hebben, vermoedelijk in 1637, in de zeventiende eeuw dus. In Mol voerde Hansken  zijn kunstjes uit in 1648, het jaar van de Vrede van Westfalen, het einde van de Tachtigjarige Oorlog. Smits heeft de dikhuid dus niet gezien: eind negentiende, begin twintigste eeuw leefde dat dier natuurlijk niet meer. Turnhout hebben begeleider en zijn attractie ook aangedaan, maar daar zijn bij mijn weten geen kustwerken van bewaard. Waarschijnlijk waren in mijn thuisstad toentertijd alleen huisschilders actief. Maar niet in Amsterdam: daar zit Rembrandt. 


Rembrandt, Een olifant en enkele figuren, zwart krijt, 17,9 x 25,6 cm
 
Dit is afbeelding 1 in de catalogus, maar de tekening is op de tentoonstelling niet te vinden: op de voorlaatste pagina van die catalogus vind je een 'Lijst afbeeldingen' en bij nummer 1 staat een asterisk, en in dit geval betekent dat dat deze olifant en enkele figuren zich bevinden in het 'British Museum London'. Of dat Hansken himself is, weet ik niet, maar het zou zomaar kunnen: in het Amsterdam van de zeventiende eeuw werden niet alle dagen andere olifanten de stad rondgeleid. Overigens: de voornaam van het dier is zeer misleidend: het betreft hier geen stier, maar een koe, een vrouwelijke olifant dus. 
 
De man die met deze attractie Europa doorkruiste, was ene Cornelis van Groenevelt, in de gewone omgang allicht Kees genoemd. We mogen rustig veronderstellen dat Cornelis een Noord-Nederlander was, de eigenaar en 'olifantentemmer' van Hansken. Voor zijn show zocht hij uit waar veel volk samen zou komen: op kermissen, jaarmarkten, bijzondere gebeurtenissen. Want zijn voorstelling was natuurlijk niet gratis: hij moest ook eten, en Hansken ook, en veel meer: kleine eters zijn die dieren niet. Dat Cornelis ook gezegend was met een wakkere handelsgeest is volgens mij ook allesbehalve toeval.
 
 
Zeventiende-eeuwse affiche voor de show die op handen is. De tekening is afgeboord met kleine tekeninkjes die laten zien wat Hansken allemaal kan

Reclametekst voor de show: zeventiende-eeuwse Nederlandse schrijftaal

In onze drukletters, met de spelling van dit documentje, dat nog rijmt ook!

                Hansken den Olyphant is mynen naem,

                In veel Landen heb ik groote faem.

                Ik ben oock 't grootste Beest van alle landen,

                Veele consten can ick mennichder hande.

                Met een cleyn haaxken word ick gedwonge en geregeert,

                Het geen ick can myn Meester myn heeft geleerd,

                Daerom coopt dese prent om aente schouwen,

                U gelt en sal u niet berouwen.

 

Olifanten worden beschouwd als verstandige dieren: een foto van zijn schedel toont dat er veel plaats is voor hersenen. Dit is een replica van de schedel: het volledige skelet wordt bewaard in Florence, waar hij in 1755 op vijfentwintigjarige leeftijd gestorven is. Dat is jong voor een olifant, maar Hansken heeft dan ook niet echt een normaal olifantenleven geleid. Het gewicht van olifantenhersenen bedraagt zo'n 5 kilogram, wat in verhouding tot zijn totale gewicht niet zo erg veel is. Belangrijker voor de intelligentie is de manier waarop die hersenen georganiseerd zijn, en dat wil bij olifanten nog wel eens meevallen: zo ook bij Hansken. In 1755 werd Kees dus werkloos, en wat hij voor de rest aangevangen heeft, is mij onbekend.

De schedel van Hansken 

Ook zeer merkwaardig: op deze tentoonstelling zijn 13 originele etsen van Rembrandt te bewonderen! Hoe ze dat in Mol-Sluis voor mekaar gekregen hebben, weet ik niet, maar het is ze wel gelukt! Dat vind ik een prestatie, zeg nou zelf!  

Geen opmerkingen:

Een reactie posten