zondag 29 maart 2009

Certaldo Alto - dag 1


Regenboog boven Antwerpen


De 'Osteria del Vicario'': oud kloostertje

Redelijk vroeg in het jaar, in de laatste week van maart, wanneer de lente in eigen land nog altijd vergeefse moeite doet om zichzelf uit te vinden, trek ik met de cursisten Italiaans - of zij met mij - weer naar Italië, we maken onze jaarlijkse reis en we kijken ernaar uit. Dieuwertje is mijn begeleider: haar aanwezigheid en haar jeugd brengen de gemiddelde leeftijd van het gezelschap naar een milde vijftig jaar. Zelf is ze op twee maanden na vijfentwintig.


Voor dag en dauw (om kwart over vijf) roept de wekker me naar Toscane; om half zeven vertrekt ons busje richting Charleroi: Ryan Air is weer aan het feest, om het bescheiden te zeggen. We krijgen al voor Antwerpen nog een frisse teug vaderlands weer, maar een prachtige regenboog verzoent ons in laatste instantie met het bestaan in de Lage Landen en kondigt het licht en de kleur van Toscane zeer voortijdig aan. Tenminste, dat laatste hopen we. Een kermis is een geseling waard, zegt onze volksmond: file, stapvoets en af en toe stilstaand verkeer zijn ons deel tot een eind voorbij Brussel. De vlucht naar Pisa verloopt rimpelloos, en na nog een groot uur huurauto rijden zijn we in Certaldo: je hebt Certaldo Basso en Alto (de geboorteplaats van Giovanni Boccaccio!), en het 'centro storico', waar we moeten zijn, is niet zomaar te vinden. We zoeken in Basso naar andere middelen om in Alto te geraken, we wandelen wat door het stadje, en ook hier een gulle overvloedige maartse bui: de Italiaanse lente is kennelijk een boezemzusje van de Belgische, en die regenboog boven Antwerpen schijnt maar een afleidingsmanoeuvre geweest te zijn.

We schuilen voor de regen in 'Bar Italia': de vaste klanten maken spontaan plaats vrij, schuiven stoelen bij en maken het de toeristen die we zijn naar de zin. Overigens, kun je bij ons een café bedenken dat 'Bar België' heet? Het zou nog een leuke alliteratie opleveren, maar zo patriottisch zijn we niet: ons landje is een kunstmatige constructie (ons opgedrongen zeggen de Vlamen al tijden lang), de Italianen hebben voor hun eenmaking behoorlijk moeten vechten, en dat scheelt een slok op de borrel, ook in 'Bar Italia' bij bar regenweer. Namen als Cavour en Garibaldi zijn essentiële delen van het nationale collectieve geheugen, wie daarentegen kent er namen van leden van ons 'Voorlopig Bewind' uit 1830? Gendebien, Rogier, Felix de Merode en Van de Weyer zijn, voor zover ik me herinner, de bekendste. Helden noemen we ze niet, we ervaren ze ook niet als dusdanig: franstalige Brusselse bourgeoisie, met eventjes later de leuze 'La Belgique sera latine, ou ne sera pas'. Geen wonder dat Eddy Merckx en ooit de nationale elf (Mexico '86, we waren 4de!) onze trots waren. Niet zo in Italië: tenminste wereldkampioen hoor je daar te zijn. Of Marco Pantani te heten.

Om in Certaldo Alto te komen, kunnen we best de 'funicolare' gebruiken, de kabelbaan. Helaas, driewerf helaas, die funicolare is net deze week gesloten wegens jaarlijks onderhoud. Er is wel een vervangende bus, en zo geraken we toch voorspoedig in ons hotel, de 'Osteria' del Vicario', in onze moerstaal 'de taveerne van de vicaris'. Een vicaris is dan weer de plaatsvervanger van de paus of een bisschop, of de 'onderoverste' van een klooster. En inderdaad, ons hotel is een gewezen en oud kloostertje waarvan de vier cellen nu toeristen onderdak bieden. Het spirituele leven van vroeger heeft plaatsgemaakt voor veel meer aspecten van ons bestaan. Maar stijl hadden ze wel, de paters van eertijds: daar worden we dagelijks mee geconfronteerd.

Met zijn tienen aan een langere tafel nemen we ons eerste 'Laatste Avondmaal': we zijn in feite redelijk laat ter bestemming toegekomen, maar dat wordt rijkelijk met spijs en drank vergoed. En tijdens de maaltijd wordt er overtuigend aan groepsvorming en versterking daarvan gedaan: verhalen borrelen te allen kant spontaan op, en de gezelligheid kent geen tijd. Onze eerste dag die zo vroeg begon, eindigt desondanks omstreeks middernacht. Ten bewijze van het feit dat we verlangden naar ons samenzijn, en dat we er met volle teugen van genieten. En dan begint de reis morgen pas echt.

Geen opmerkingen: