zondag 8 december 2019

Henri De Braekeleer bij Félicien Rops in Namen

Nog tot 2 februari van volgend jaar kun je in Namen, in het Félicien Rops Museum, een mooie en interessante tentoonstelling bezoeken: 'Henri De Braekeleer' heet die, met de ondertitel 'Fenêtre ouverte sur la modernité'. Je zou nog denken: 'Tiens, De Braekeleer bij Félicien Rops, wat hebben die met elkaar gemeen?' Wel, meer dan op het eerste oppervlakkige zicht zou lijken. Rops is een iets oudere tijdgenoot, en ook een pleinairist, hoewel dat aspect van zijn werk weinig bekend is; het is er ook het grootste deel niet van. En van De Braekeleer is ook bekend dat hij naar zee ging: naar Heist (bij Knokke) om de duinen en de zee te schilderen. Rops had dat ook al gedaan, en hij apprecieerde De Braekeleer dan ook. En beiden waren ze modernisten: ze weken af van de begane paden, van het academisme, van de romantiek van Gustaaf Wappers bijvoorbeeld. Gustaaf wie?

De Braekeleer was ook gebiologeerd door het licht, en hoe hij dat kon weergeven: hij deed me denken aan Johannes Vermeer en Pieter de Hoogh, Nederlandse meesters uit de zeventiende eeuw. Vensters heeft hij nodig, zodat het licht naar binnen kan stromen, en kan contrasteren met het binnenhuis. Een prachtvoorbeeld vind ik 'De Teniersplaats'. De constructie van het werk bestaat uit twee hoofdletters 'L': eentje ondersteboven aan de rechterbovenhoek, en een gewone aan de linkerbenedenhoek: een chiasme is het doek eigenlijk. De vrouw zit voor het raam naar buiten te kijken, naar de Teniersplaats, en naar de kerk in de achtergrond: de Sint-Jacobskerk is dat, waar Rubens begraven ligt. Met liefde voor het detail is deze scène weergegeven, zeer echt doen de huizen en de kerk aan, net zoals de vrouw, die dromerig (verlangend) naar buiten zit te kijken. Rustig is het er, geen voertuigen of paarden te zien: Van de tegenwoordige drukte van de stad aan de Schelde had men toen nog geen benul. Rustig realisme vind ik dit, een doek om van te houden.


De Teniersplaats in Antwerpen (1878)

'Luisteren naar de beiaard' heet een werk uit 1874: Natuurlijk herkent iedereen de grote toren van de Onze-Lieve-Vrouwekathedraal in het grote venster, en het onafgewerkte torentje in het kleine venster rechts. De Braekeleer heeft er links nog een klein venster bijgeschilderd, zodat je een symmetrie krijgt: hij wist zijn schilderijen wel te construeren, De Braekeleer. De vrouw die in de stoel zit en naar de toren wijst, is zijn echtgenote: zij tweeën hielden veel van beiaardmuziek, en dit schilderij is er het bewijs van.


Luisteren naar de beiaard, 1874

Als het over licht en weerspiegelingen gaat, is 'De man aan het venster' een meesterwerk zonder meer. Je ziet de daken weerspiegeld in het open venster rechts, en - maar dat zie je niet zo goed op de foto - genuanceerd en veranderend licht in de verschillende ruitjes: zo echt en zo mooi en zo subtiel is dat, je zou er over willen wrijven. Hier geeft De Braekeleer de essentie van licht op glas weer, en dat alleen maar met verf! Een grootmeester was hij, laten we daar maar niet aan twijfelen. De man en zijn reflectie is een tweeling in het andere raam dat openstaat. Symmetrie is er ook weer: drie ramen, in het midden de man. En boven de man drie schouwpijpen die de eentonigheid wat breken: het moet niet altijd overal hetzelfde zijn!


De man aan het venster, ca. 1874-76

Ik vind deze intieme stadsgezichten zeer geslaagd, maar wat interieurs betreft had De Braekeleer ook best heel wat pijlen op zijn boog. Daarover heb ik het nog wel!

Geen opmerkingen: