De arbeiders in de 19de eeuw kenden geen luxeleventje: lange werkdagen, kinderarbeid, slecht betaald, eenzijdig dieet (aardappelen en brood): de ontevredenheid van die mensen nam dan ook toe.
Café De Penge - Sennes vader is kennelijk de moed verloren
Ze kwamen samen in cafés, zoals in De Penge in de Lindekensstraat, vlak bij Brepols. Terzijde: het café bestaat nog altijd. Centraal voor de toog zie je drie mensen: een man met een witte boord, dat is deken Adams, voor hem de vader van Senne, en achter vaders rug Senne. Die deken Adams was niet zomaar de eerste de beste: hij trok zich het lot van het arbeidersvolk erg aan, troostte hen, spoorde hen aan, en ging samen met hen de strijd aan tegen het patronaat. Hij stierf in 1924 in Ravels, waarnaar hij in 1921 hij verplaatst was na een conflict met kardinaal Mercier, en omdat hij in Turnhout als een te lastige klant werd beschouwd. Eigenlijk was hij een geestelijke in de traditie van priester Adolf Daens uit Aalst. 'Dat hij de motor van de ontluikende christelijke sociale beweging was, werd hem kwalijk genomen'. (Turnhout in straatnamen, p. 96). Turnhout heeft een straat naar hem genoemd (waar ik nog 5 jaar gewoond heb) en een monument aan hem gewijd, maar dat stelt niet zo veel voor: dat is de man onwaardig.
Het werkvolk is niet meer te sussen of kalm te krijgen of met een kluitje in het riet te sturen, en in 1892 breekt een staking uit. Daar had deken Adams zijn aandeel in: als man van gezag en geloof gaat hij de stakers vooraf, metterdaad duidelijk makend wat christelijke naastenliefde betekent! De deken en zijn arbeiders kun je vinden in een van de smalste straatjes van Turnhout, in het Notenesgangeske, zoals mijn vader dat uitsprak, en hij was een Turnhoutenaar van 1914. Maar die plaats is goed gevonden van de tekenaar. Ik wil die man overigens complimenteren met al zijn muurschilderingen: puik werk vind ik dat.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten