dinsdag 26 juli 2016

Oostende: het Spilliaert Huis

Oostende heeft zich altijd al als stad van James Ensor geafficheerd, maar nu is daar een tweede grote Oostendse meester bijgekomen: Leon Spilliaert. In het Mu.Zee van de stad is onlangs een nieuwe vleugel Ensor-Spilliaert geopend, en op het einde van de Venetiaanse gaanderijen is nog recenter een nieuw Spilliaert Huis tot stand gekomen. Men wil meer zo meer bekendheid geven aan de man die altijd in de schaduw heeft gestaan van zijn iets oudere stadsgenoot. En dat verdient hij wel: het minste wat men van Spilliaert moet zeggen, is dat hij een origineel oeuvre heeft nagelaten, dat niet altijd even gezellig en optimistisch is, wel integendeel, maar dat toch onbetwistbaar een sterke eigenheid laat zien.

In het Spilliaert Huis hangen 32 werken van de meester, en die komen allemaal uit privé collecties: als je er voor het eerst komt, zie je niets anders dan doeken die je vooraf nog niet gezien had. De meeste ervan laten thema's zien die ik van Spilliaert al langer kende, maar er zijn er ook andere bij. Maar die vertrouwdere zijn ook zeker de moeite waard.

Eenzaamheid, alleen-zijn of nietigheid in een grote ruimte, aan de oever van de zee, tegenover de oneindigheid vind je terug in 'Vrouw aan de waterkant' uit 1910.


Vrouw aan de waterkant, 1910

Een schilderij van acht jaar vroeger heet 'De wolk', maar de titel is nogal misleidend: bij nader toekijken zie je dat het om een vrouw gaat, haar lange haren waaiend in de wind, haar lichaam in een onnatuurlijke, verwrongen houding: ze schijnt zich met moeite tegen de wind te weer te stellen. Het doet me nogal denken aan zijn veel beroemdere 'Duizeling', waar wegwaaiend haar ook de kracht van de natuur en de zwakheid van de mens suggereren.


De wolk, 1902

Uit hetzelfde eerste decennium van de twintigste eeuw is er een gezicht op de 'Hofstraat te Oostende', waar het niet zozeer om het beeld van de straat gaat, dan wel over de sfeer, die door de vele schakeringen van grijs niet dadelijk veel levensvreugde uitstraalt: Spilliaert zoals we hem kennen, zeg maar.


Hofstraat te Oostende, 1908

Van een totaal andere aard is 'Blauwe en gele marine' uit 1934, toen Spilliaert krachtigste creatieve periode al lang voorbij was; maar schilderen bleef hij. En je kunt niet zeggen dat het prutswerk is.


Blauwe en gele marine, 1934

Uit het jaar voor zijn overlijden zijn de 'Beukenstammen': weer veel meer kleur en licht dan ik van hem gewend ben. Hij was 64 jaar toen hij dit maakte: misschien had hij op het einde van zijn leven toch enige vrede met zijn bestaan gevonden? Die laatste scheppingsperiode van Spilliaert wordt over het algemeen niet zo hoog aangeslagen: het drama is uit zijn werk verdwenen, inderdaad. maar de mens had van te voren allicht meer dan genoeg 'geleden'.


Beukenstammen, 1945

Groot is de tentoonstelling in het Spilliaert Huis niet, maar ik vond ze toch zeer goed, en niet alleen omdat je er enkel 'onbekende' werken ziet. Vaut le voyage, zegt de Michelingids dan.

Geen opmerkingen: