dinsdag 19 januari 2016

Jan van Eyck - Florent van Ertborn

Op de tentoonstelling 'Power Flower' in het Rockoxhuis word je voor een paar schilderijen verwezen naar 'Het Gulden Kabinet', waarin veel werken van het grote gesloten Antwerpse Museum voor Schone Kunsten getoond worden. Het gaat onder andere over een klein schilderijtje van Jan van Eyck: 'Madonna bij de fontein' heet het, en het komt uit 1439, twee jaar voor de dood van de schilder. Ik zou denken dat het ongeveer de afmetingen van een A4'tje heeft, een pruts in vergelijking met het Lam Gods. Maria met kind staat voor een rijk brokaatweefsel dat twee engelen ophouden. Er zijn nogal wat bloemen op te vinden, maar het gaat niet om die bloemen zelf. Op het grasveldje bloeien lelietjes-van-dalen, viooltjes en vergeet-me-nietjes, en die hebben allemaal een symbolische betekenis. De lelietjes-van-dalen staan voor de onbevlekte ontvangenis, de viooltjes voor de nederigheid en de vergeet-me-nietjes voor trouw en oneindige liefde: allemaal zaken of deugden die in het katholicisme bijzonder belangrijk zijn, of zeker waren. Voor de middeleeuwer was dit werk veel meer dan een mooi geschilderd stukje: de symboliek bracht hem ook bij de kern van zijn geloof. Maria kijkt overigens met veel tederheid naar haar Christuskind, zoals alleen een jonge moeder naar haar boreling dat doet. Het kindje omarmt zijn moeder, al is het nog zo klein. Mensgeworden hemelse liefde is de duidelijkste boodschap van dit werkje.

Maar het is ondertussen wel een prachtig: minutieus, haarfijn en trefzeker gemaakt. het is geen miniatuur, daarvoor is het schilderijtje dan weer te groot, maar het doet me er toch aan denken. Van Eyck beheerste zijn vak volkomen: zelfs in dit kleine doekje bewijst hij zijn grootmeesterschap. Op mijn foto zijn fragmentjes van de tekst op de oorspronkelijk lijst te lezen: IOH(ANN)ES DE EYCK ME FECIT ... ANO 1439.


Jan van Eyck, Madonna bij de fontein, 1439

De 'Madonna bij de fontein' is in 1838 in Antwerpen terechtgekomen. Toen heeft Florent van Ertborn het gekocht van de pastoor van Dikkelvenne, dat nu een deelgemeente van het Oost-Vlaamse Gavere is. Nu wonen er iets meer dan 2.000 inwoners. Ik heb het dorpje is bekeken op de Ferrariskaart - dat is wel 70 voor 1838 - maar het stelt haast niets voor, en toch hangt daar in de jaren 30 van de negentiende eeuw een authentieke Van Eyck: opmerkelijk is dat toch. En hoe komt Van Ertborn aan de weet dat dat werk daar te vinden en te kopen is, in een tijd waarin de communicatiemiddelen helemaal niet te vergelijken waren met wat wij nu kennen. Weer een groot vraagteken. En Van Ertborn koopt het schilderijtje dan, in een tijd lang voor de heropleving en herwaardering van de Vlaamse Primitieven: de man moet echt wel een neus voor kwaliteit gehad hebben, tegen de toenmalige mainstream in. Hij was dan ook kunstverzamelaar, die zijn collectie later aan het Antwerpse museum schonk, en daar waren ook werken bij van Van der Weijden, Memlinc en Jean Fouquet: een kleine jongen was deze Florent echt niet.


Florent van Ertborn op twintigjarige leeftijd

In Antwerpen is er een Van Ertbornstraat: ze loopt achter de Vlaamse Opera en komt uit op de Rooseveltplaats, in het centrum van de stad dus. En dat heeft deze man wel verdiend: tijdens het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, van 1817 tot1828 was hij burgemeester van de stad, nadien gouverneur van de provincie Utrecht: hij was wel iemand, deze man. Na de onafhankelijkheid van Belgiƫ haalde hij bij de gemeenteraadsverkiezingen nog eens de meeste stemmen voor het burgemeesterschap (206 van de 316 stemmen), maar hij weigerde het ambt: hij was dan ook een uitgesproken orangist. In 1823 had hij trouwens het Nederlands als enige taal voor het stadsbestuur afgekondigd. Een straatnaam verbergt soms een zeer interessant stukje geschiedenis.

Bronnen:
Wikipedia (Van Ertborn)
Bezoekersgids 'Het Gulden kabinet'
Bezoekersgids 'Power Flower'

Geen opmerkingen: