vrijdag 17 augustus 2018

Antwerpen Barok 2018 - Rubenshuis - Andere meesters

Op 'Sanguine/Bloedrood' had ik al een Adriaen Brouwer gezien, en hier in het Rubenshuis hangt er weer een: 'Drinkende boer', een typische vind ik die: kroegtaferelen zijn legio bij hem. En die vielen best in de smaak: Rubens bezat zeventien Brouwers. De boer hier heft het glas om te kijken hoeveel er nog in zit, terwijl hij met zijn linkerhand zijn bierpul stevig vast heeft: delen schijnt hij niet te willen doen, hij bewaart zijn schat angstvallig. Maar links van hem schuift een andere kroegloper zijn stoel dichterbij: hij lust er ook wel eentje, of meer. Achteraan zie je twee drinkebroers naar buiten schuifelen: de grootste ondersteunt de kleinste, die zijn benen niet meer kent. Brouwer kende dat milieu kennelijk goed, hij heeft het in ieder geval goed geobserveerd. Het schilderij schetst de atmosfeer in de kroeg wel zeer raak. Ik houd van Brouwer, moet ik zeggen.


Adriaen Brouwer, Drinkende boer, olieverf op paneel

Een schilderij met een lange titel is 'Een man en een jongen, met een glas wijn en een kaars' van Adam de Coster (1586-1643), iemand die ik niet kende, een echte tijdgenoot van Rubens. Het ziet zo er Caravaggio uit dat men vermoedt dat hij diens werk in Rome zelf heeft leren kennen. Het clair-obscur heeft hij alleszins overgenomen, en ook het realisme valt op. In dit schilderij zie ik - maar wie ben ik - een opa met zijn kleinzoon. De kleinzoon belicht met de kaars het gezicht van zijn opa die alle aandacht krijgt: hij lijkt wel eens meer gedronken te hebben. Zijn wijnglas houdt hij rechtsonder een beetje losjes vast, zo heel sterk schijnt hij zich niet meer te voelen. De kleinzoon lacht naar zijn opa: hij heeft zeker in de gaten dat opa een beetje dronken is, of meer. Leuk is dat dit doek een heel verhaaltje vertelt, of dat je er tenminste een plausibele fantasie rond kunt bouwen. Mooi van Adam de Coster!



Adam de Coster, Een man en een jongen, met een glas wijn en een kaars, olieverf op doek

Dan gaan we eventjes de religieuze toer op met 'De aartsengel voorspelt het martelaarschap van de Heilige Catharina van Alexandrië', van Tintoretto (1518-1594). Door mijn functie als kerkwachter in de grote kerk van Hoogstraten weet ik wel een en ander over Catharina, maar dat haar martelaarschap ook nog voorspeld was, dat is nieuw voor mij, dat is legende op legende stapelen. Boven op het schilderij houden twee engelen het houten, getande rad vast waarmee de heilige terechtgesteld moest worden, maar dat mislukte, zodat ze uiteindelijk onthoofd werd. Dat was haar straf omdat ze niet met de keizer wilde trouwen - die was heidens - en evenmin haar geloof afzweren. Daarom had de keizer de vijftig knapste koppen van zijn rijk op haar afgestuurd, maar zij overtuigden haar niet, zij bekeerde hen. Waarop de keizer ze alle vijftig ter dood bracht. Tussen de aartsengel en Catharina staat een aantal mannen: dat zijn allicht enkele van die vijftig bollebozen. Naast het rad houdt een andere engel een palmtak vast, het symbool van de martelaar. Tintoretto kende het verhaal van Catharina best goed: zijn schilderij is er een juiste samenvatting van.

Rechts op het schilderij drie klassieke zuilen en de kroonlijst van een tempel: wij zijn in de renaissance, nietwaar. Catharina is op een manier afgebeeld die de barok al schijnt aan te kondigen. Dit doek behoorde tot de collectie van wijlen David Bowie: nu hangt het in het Rubenshuis als langdurig bruikleen uit een particuliere verzameling.


Jacopo Tintoretto, De Aartsengel voorspelt het martelaarschap van de Heilige Catharina van Alexandrië, olieverf op doek

Dan is er nog een Titiaan (1485/90-1576) : 'Portret van een dame met haar dochter'. Door zijn kleurgebruik en techniek heeft hij heel wat invloed uitgeoefend op schilders in de Nederlanden: Rubens, Van Dyck, Rembrandt. De twee personen in de schilderij zijn onbekend, maar er zijn speculaties dat het om de minnares van de schilder en hun onwettige dochter zou gaan. Volgens de gids zou dit schilderij pas in 1948 ontdekt zijn door röntgenfotografie: het was namelijk compleet overschilderd om de schande te bedekken. Si non è vero, è ben' trovato. De vrouw houdt haar arm liefdevol op de linkerschouder van haar kind. Haar kan enige schoonheid niet ontzegd worden, en uit haar kledij blijkt dat ze niet direct tot het gewone volk behoorde.


Titiaan, Portret van een dame en haar dochter, olieverf op doek

'Antwerpen Barok 2018' is best interessant: nu is mijn plan nog een aantal kerken te bezoeken die heel wat barokke kunst bevatten. En wat mij betreft ben ik dan ongeveer rond. Maar het zal de moeite geweest zijn, daar ben ik zeker van.

dinsdag 14 augustus 2018

Antwerpen Barok 2018 - Rubenshuis - Rubens zelf

Natuurlijk hoort ook het Rubenshuis bij Antwerpen Barok 2018: een aantal topwerken van hem en nieuwe schilderijen van anderen zijn er te bewonderen. Ten eerste hangt er een van de vier zelfportretten van de meester: het is pas gerestaureerd en in zijn oude originele glorie hersteld. Schitterend is het. Rubens laat zich niet zien als schilder, maar als man van de wereld, als iemand die het gemaakt heeft. Keurig in het zwart gekleed is hij, zoals de betere stand dat in die tijden deed, een prachtige hoed, die het portret nog meer grandezza geeft, draagt hij, en hij kijkt de toeschouwer zelfbewust aan, zo van 'dit ben ik'.


Rubens, Zelfportret

Zijn 'Adam en Eva' komt uit de periode 1598 - 1600, het jaar dat hij naar Italië vertrok: het is met andere woorden een Rubens uit de vroege periode. Je kunt niet zeggen dat het werk middeleeuws aandoet, daarvoor zitten de eerste twee mensen te goed in het vlees, maar een statisch beeld is het alleszins. Ze voeren een gesprek, waarbij Adam meer toenadering lijkt te zoeken, terwijl Eva zedig haar blik naar de grond richt: haar tactiek om hem meer aan te vuren? 'Vrouwen list es menichfout' schreef een middeleeuwer al in 'Karel ende Elegast'. Van de slang en appel is nog geen sprake: dramatiek blijft afwezig, dit is een idyllisch schilderij van het eerste mensenpaar, met op de achtergrond een paradijselijke vijver. Zo zag de menselijke wereld eruit voor de zondeval.


Adam en Eva

Nog in het atelier hangt Rubens' 'Marteldood van de Heilige Andreas', een echt wel groot altaarstuk uit 1639, een jaar voor de dood van zijn maker. Dit is dus een late Rubens, een heel late, zeg maar. Het is overigens de eerste keer sinds 1639 dat het weer in Antwerpen is: het hoort thuis in Madrid. Als je dat vergelijkt met de 'Adam en Eva' van veertig jaar eerder, dan zie je een totaal andere schilderkunst. Natuurlijk is het schuchtere gesprek van de eerste verliefden wat onderwerp betreft niet te vergelijken met een marteldood, maar waar 'Adam en Eva' een braaf doek is, zie je er nu een dat totaal doordrongen is van de contrareformatie, waaraan de barok zich bij ons ten volle dienstbaar heeft gesteld. Het andreaskruis leent zich uitstekend tot het gebruik van twee diagonalen over heel het werk, en zorgt ervoor dat Sint Andreas alle aandacht en alle licht krijgt, terwijl de rest van het doek donkerder is. Rechtsboven zijn twee engeltjes getuige van de kruisiging - ook in het hemelse licht -, een man te paard onder hen wijst naar Andreas met een air van 'zie nu hoe ver je komt met je geloof', vier mannen zijn nog bezig hem stevig op zijn kruis te binden, de vrouw onder Andreas smeekt de ruiter niet met de terechtstelling door te gaan, en links staat een andere vrouw te treuren: alles is beweging en drama, waar het gebruik van de kleuren ook nog toe bijdraagt. Ik kende dit werk niet, maar laten we maar zeggen dat het een meesterwerk is, contrareformatie par excellence.


De marteldood van de Heilige Andreas

Alleen al het 'Zelfportret' en deze 'Marteldood' maken een bezoek aan het Rubenshuis dit jaar de moeite waard, maar er is veel meer interessants.

maandag 13 augustus 2018

Sanguine/Bloedrood - Five Car Stud

Als je 'Sanguine/Bloedrood' in het M HKA gezien hebt, word je verondersteld buiten, vlakbij op de gedempte Zuiderdokken, nog een werk te gaan bekijken: 'Five Car Stud' van de Amerikaanse kunstenaars Edward en Nancy Kienholz. Maar dat was ik vergeten: te veel binnententoonstelling in me opgezogen, concentratie kwijt, en ik naar mijn tripel op de Grote Markt. Maar ik had het ticket en het stickertje van het museum wel bijgehouden, dus gisteren, weer een zondag, terug naar Antwerpen (en ook voor het Rubenshuis, niet alleen voor 'Five Car Stud, je moet niet te fanatiek zijn).

De aanleiding tot dit beeldhouwwerk is bijzonder tragisch: een zwarte man wordt met een blank meisje in zijn auto betrapt, en zou met haar seks gehad hebben. Daarop wordt hij prompt door vijf blanke mannen gecastreerd: gerechtigheid is geschied. Dit gebeurde in het diepe Zuiden van de Verenigde Staten. De Kienholzen geven deze ongelooflijke gruwel op het eerste gezicht realistisch weer: de executerende beulen hebben normale gestalten, ze zijn gekleed zoals je dat van dergelijke mensen in de het Zuiden van de VS mag verwachten, het is eerder donker in de tent, er staan vijf Amerikaanse auto's (dat zijn de 'five cars') uit het eind van de jaren zestig, begin van de jaren zeventig de wrekers bij te lichten, de nacht wordt opgeroepen, want zo'n strafexpeditie gebeurt natuurlijk niet in volle licht, en de ondergrond is mul zand, ergens in een achterafgebied zijn we. (Een 'stud' is overigens een fokhengst, of een hengst zonder meer).

De wrekers gaan met een frenetieke verbetenheid te werk: het slachtoffer ligt natuurlijk plat op zijn rug, en zijn lot is bezegeld. Links en rechts van hem trekken twee blanken aan zijn armen, en op de achtergrond van de eerste foto trekt iemand aan een touw dat zijn rechterbeen onbeweeglijk moet houden. De castreerder concentreert zich op het uitvoeren van de straf, en achter die man staat nog iemand, klaar om assistentie te verlenen, mocht dat nodig zijn.


E. en N. Kienholz, Five Car Stud

Maar als je dichterbij komt, merk je dat de romp van de ongelukkige vervangen is door een bak water, waarin de letters 'GNRIEG' drijven: het is niet moeilijk om daar het woord 'nigger' in te zien, en dat het de zwarte is die drijft op het water, en geen vaste grond onder de voeten heeft: efficiënte metafoor is dat. De totale ontmenselijking van de zwarte man is wel heel duidelijk.


En de hoofden of de gezichten van de wrekers zijn  ook niet helemaal normaal: vooral de man uiterst rechts op de derde foto ziet er monsterlijk uit. Je kunt het ook zien als een masker, dat zijn aandeel in deze afgrijselijk wandaad moet verhullen. De anderen hebben eerder bruine hoofden, en die zie ik dan ook als maskers: te laf om voor hun daden uit te komen zijn ze, want ze weten dat ze schuldig zijn? Haat en racisme rechtvaardigen geen enkele misdaad.


Ik vind deze beeldengroep ongelooflijk krachtig: bij het nauwkeurig onderzoeken van de foto's en het schrijven van deze tekst werd het mij nog droef te moede. Hoe kun je zo verschrikkelijk wreed zijn tegenover een medemens? Ik moet ook niet naïef zijn: in de geschiedenis zijn de voorbeelden legio, ook nu nog. Een paar dagen geleden nog zijn in Jemen 40 kinderen in een schoolbus dood gebombardeerd door de Saudi's, die de aanval 'legitiem' noemen, want hij was gericht tegen de Houthi's die kindsoldaten zouden rekruteren. Zo heb je natuurlijk altijd gelijk. Het zal duidelijk zijn dat dit werk uit 1972 niets van zijn relevantie heeft verloren, en dat het zal blijven aanspreken zolang wij mensen ons bezondigen aan mateloos geweld.

Curator Luc Tuymans heeft met 'Sanguine/Bloedrood' voor een prachtige en krachtige tentoonstelling gezorgd: hij is niet alleen heel goed op de hoogte van de kunstgeschiedenis, maar hij weet ook heel goed wat er vandaag in de beeldende kunsten gebeurt. Alle respect voor de man: hij heeft geen geringe prestatie geleverd. En dat ik onder andere voor dat ene werk opnieuw naar Antwerpen gereden heb: daar ben ik zeer blij om, ik had het niet willen missen!

donderdag 9 augustus 2018

Barok op de Antwerpse Grote Markt

Ik heb geconcentreerd 'Sanguine/Bloedrood' opgezogen, en dan wil ik wel eens even iets anders. Na de Cultuur met een grote C, wil ik die met een kleine c ook wel eens even savoureren. Bijgevolg scooter ik naar de Grote Markt, naar een terras, en dompel me eventjes onder in de rijke Vlaamse biercultuur. Ik vind zonder veel moeite een plaats en bestel een tripel van Westmalle: na alle bloedrood mag het wel een tijdje helder zijn. Hij smaakt zoals gewoonlijk, maar iets meer naar munt: 4,60 euro kost hij daar, je kunt er geen abdij voor kopen, maar het komt bijna in de buurt. Maar ja, ik zit in het echte centrum van de Metropool, het mag iets hebben.

En ik kijk naar de gevels aan de overkant van de markt, de rij die begint met de cafés 'Den Engel' en 'Den Bengel'. De vergulde beeldhouwwerken boven op de gevels vallen me op. En foto's maken, dat hoort er dan ook bij. Het eerste beeld is 'Sint Joris en de draak': steigerend paard, Sint Joris steekt met zijn speer de draak de dieperik in, die kan zich nog eventjes aan de randen vasthouden, maar te pletter storten zal hij, zoveel is zeker. Kom ik net van 'Sanguine/Bloedrood', zit ik weer in de barok. Je moet wel omhoog kijken, maar het is onmiskenbaar: dezelfde heftigheid en intensiteit als in het M HKA! Of Antwerpen nog een Barokstad is wordt Tuymans in het programmaboekje 'Antwerpen Barok 2018' gevraagd: tot in de toppen van de gevels, zoals blijkt.


Sint Joris en de draak

Het beeld op de gevel daarnaast heb ik vandaag ook al gezien: 'De marteldood van Sint Sebastiaan'. Ook met zijn armen aan een boom gebonden, niet zo gekruisigd als bij Zurbaran, maar de iconografie is dezelfde. Alleen is de beeldhouwer veel spaarzamer geweest met de pijlen: ach arme twee zie ik er, dan kan beter, dan was Zurbaran veel wreder. Hier heeft Sebastiaan nog een kans op overleven, het werk van de schutter(s) is nog lang niet af.


De marteldood van Sint Sebastiaan

Dan zit ik na een tentoonstelling rustig bij wijze van ontspanning een tripel te drinken, dient de barok zich weer aan, opnieuw Cultuur met de grote C, en dat lag niet aan het bier. Waarschijnlijk is de Koekenstad de oorzaak: je moet daar oppassen, zoals ze daar wreed kunnen zijn! In het huis van Sint Joris houdt een aantal schepenen kantoor, heb ik gezien: als die maar niet geïnspireerd geraken!

Sanguine/Bloedrood - III -

Heel grote doeken uit de zeventiende eeuw hangen er niet op 'Sanguine/Bloedrood'. Wel een Adriaen Brouwer, schilder van kleinere werken, zeer vaak over kroegen en kaarters, over de volkse kant van de maatschappij. Hij werd in 1605 geboren in Oudenaarde, maar bracht een belangrijk deel van zijn leven in het Noorden door. Hij was niet echt wat je een 'grand seigneur' noemt, en hij is in 1633 als een arme man gestorven, 28 jaar oud. Rubens had werk van hem in zijn bezit: hij werd kennelijk echt wel geapprecieerd.

Van hem hangt 'Een sjouwer' op deze tentoonstelling: een gewone werkman, die poseert voor de schilder.  Echt vrolijk ziet hij er niet uit, maar waardig wel: kijk hoe hij zijn voeten zet, zijn rechterarm achter zijn rug houdt, en behoorlijk gekleed is hij ook. Felix Timmermans heeft een roman aan Brouwer gewijd, die ik indertijd erg apprecieerde, en waarin Rubens wordt geduid als een man die weinig contact had met het gewone volk en te veel en te graag met de toenmalige heersers samenwerkte: je zou bijna kunnen zeggen 'collaboreerde'. Wat niet wegneemt dat de grote meester geholpen heeft om Brouwer uit de Antwerpse gevangenis te krijgen (Het Steen) toen die daar vastzat wegens schulden of een of ander vergrijp.


Adriaen Brouwer, Een sjouwer

Anthony van Dyck is er ook met 'Een studiekop' uit 1618. Een studie is natuurlijk geen volwaardig schilderij, maar dat neemt niet weg dat hij de man mooi ingetogen weergeeft. En weer in het bruin, dat is opvallend. Een week geleden heb ik nog een studie van Van Dyck gezien, ook in dezelfde tinten. Dat deed me denken aan het Van Dyck-bruin, een term die ik me van lang geleden herinnerde. Het is zo dat Van Dycks gebruik van bruin geleid heeft tot die term voor die kleur. Hij moet een voorliefde voor dat warme bruin gehad hebben.


Anthony van Dyck, Studiekop, 1618


Anthony van Dyck, Studie van een mannenhoofd, 1518 (te zien in het SnijdersRockoxhuis)

Ook Caravaggio is er, met een niet al te groot doek: 'Fanciullo morso da un ramarro', in het Nederlands 'Jongen, knaap gebeten door een hagedis'. De hagedis bijt het kereltje in zijn rechtermiddenvinger, wat bij hem een uitdrukking van pijn, schrik en afgrijzen veroorzaakt, alsof hij dodelijk getroffen is. Zijn linkerhand schiet in een kramp, en zijn gezicht spreekt boekdelen: duidelijk is dit de eerste keer dat een hagedis hem naar het leven gestaan heeft. Gezicht en linkerhand maken dit schilderij zeer expressief, zijn gevoelens springen bijna letterlijk uit de lijst.


Caravaggio, Fanciullo morso da un ramarro, 1596-1597

Het ijselijkste lijden op deze tentoonstelling is toch wel de terechtstelling en marteldood van Sint Sebastiaan van de Spaanse schilder Francisco de Zurbaran, de schilder van veel prelaten en heiligen, zoals ik een paar jaar geleden gezien heb op een expo in de Brusselse Bozar. Sebastiaan lijkt hier nog niet gestorven te zijn: hij lijkt doelgericht naar de boogschutter(s) te kijken, maar lang duurt het niet meer voor hij zijn laatste adem uitblaast. Niet minder dan acht pijlen hebben hem al geraakt, de man is totaal op. Zijn houding is ook een beetje die van een gekruisigde, en dat zal ook wel geen toeval zijn. Heftig lijden wordt hier uitgebeeld, heftige gevoelens moest het werk uitlokken: 100 % barok alleszins. Dit is het intense van de barok toen, inderdaad.


Francisco de Zurbaran, Het martelaarschap van Sint Sebastiaan, ca. 1650-1655

In het M HKA zie je zo interessante werken die een zelfde barok levensgevoel uitdrukken, van twee generaties schilders waartussen zo'n afstand van 400 jaar ligt. 's Mensen karakter verandert niet zo erg, zou je denken. Dat op deze tentoonstelling zelf gaan beleven is misschien geen heilige plicht, maar toch een enige gelegenheid. Daar naartoe dus!

dinsdag 7 augustus 2018

Sanguine/Bloedrood - I (Antwerpen Barok 2018)

Ik ben op het ogenblik tentoonstellingen van 'Antwerpen Barok 2018' mee aan het pikken: op een halfuurtje rijden van Turnhout zie je onder andere werken die soms veel verder weg zijn. 'Michaelina Wautier in het Mas was gewoonweg schitterend, en 'Sanguine/Bloedrood' intrigeerde me ook zeer, niet het minst omdat Luc Tuymans de curator van deze tentoonstelling is. In het programmaboekje van dit cultureel stadsfestival kun je een interview met de man lezen waarin hij al in het begin zegt: 'Ik ga terug naar de essentie: het intense van de barok. Toen en nu.' Barok is de tijd van reformatie en contrareformatie, de Tachtigjarige Oorlog duurde nog tot 1648: het waren roerige tijden. Tuymans ziet een parallel met de wereld van nu en wat erin gebeurt: geweld dat op vele plaatsen prominent aanwezig is, het wederzijdse onbegrip. Dat laatste merk je ook bij ons: populisme dat steeds terrein wint, terwijl het zogenaamde establishment dat niet kan of wil begrijpen, maar er ook geen antwoord op heeft. Die laatste opmerking staat niet in het interview, die neem ik voor mijn rekening. 'Sanguine/Bloedrood' refereert natuurlijk aan dat geweld, van menselijk of andere oorsprong.

Het eerste doek dat ik zie, is onmiskenbaar een Thierry de Cordier: 'Mer grosse' heet het, 'Zware zee' in het Nederlands. Niks roods hier, maar wel een hoofdzakelijk zwarte zee die dreigend en meedogenloos aan komt rollen, alles vernietigend wat ze op haar weg vindt. De zee lijkt een gebergte dat afgedonderd komt: de Cordier heeft een tsunami geschilderd kun je zeggen, de wilde onverschillige natuurkracht die niet om menselijk geluk en welzijn geeft. Dit is inderdaad zeer intens, dreigend, vernietigend, en stel je dan nog de angst voor van de mensen die die zeeberg aan zien komen denderen: ook de paniek roept de kunstenaar hier op. Hevige dynamiek en doodsangst, inderdaad 'barokke' gevoelens.
 

Thierry de Cordier, Mer grosse, 2011

Totaal anders is 'Brim' uit 2015 van Mike Bouchet. Ik kan dit werk niet anders zien als een hevig protest tegen McDonalds en tutti quanti. 'To brim' betekent boordevol zijn, en dat is dit broodje dan ook. Maar smakelijk lijkt het me niet erg: het is een culinaire blasfemie! Gesmolten kaas druipt van de hamburger, je ziet uienringen en stukken paprika, en hoe je in dat stuk voedsel (ik zou bijna 'vreten' zeggen) je tanden moet zetten, is een haast onmogelijke opgave (het is ook een redelijk groot schilderij). Meteen is het ook een kritiek op onze maatschappij: het moet niet lekker zijn, als het maar veel is, zelfs ons eten is een massaproduct, stijl en smaak zijn helemaal verdwenen, overigens niet alleen bij eten. Kleurrijk is het wel: Ik kan dit werk wel smaken, als ik dat zo mag zeggen.


Mike Bouchet, Brim, 2015

Van Marlene Dumas is 'Magdalena (a painting needs a wall to object to), zoals de volledige titel luidt. Een zwarte Magdalena is geen traditie in de christelijke iconografie, een naakte nog veel minder, ook als ze blank zou zijn. Ze staat met haar rug kuis naar het publiek, maar over haar schouder kijkt ze de toeschouwer wel aan, zo van 'kom je, of kom je niet?' Gewaagd en grensverleggend is dit werk, duidelijk de betreden paden verlatend. Shockerend? 'A painting needs a wall to object to', zei de kunstenares toch.


Marlene Dumas, Magdalena (a painting needs a wall to object to), 1995


Nog iets bijbels in een andere context: 'L'adoration de François pour Judith', 2014.


Jan van Imschoot, L'adoration de François pour Judith, 2014

Judith was een joodse weduwe die de vijand Holofernes dronken voerde en hem onthoofdde. Van Imschoot maakt er echter een verleidelijke vrouw van - Holofernes had gehoopt met haar een lange nacht te kunnen doorbrengen, maar helaas! - die in al haar schitterende naaktheid de toeschouwer vrank en vrijmoedig aankijkt. Naast haar een karaf wijn en een wijnglas, voor haar een schotel waarop een mannenhoofd, met ogen open en een sigaret rokend. Ik neem aan dat dat het hoofd van de genoemde François moet voorstellen, en heel het tafereel een wilde droom van hemzelf. Misschien verlangt hij zelf naar zo'n lange nacht met de in zijn ogen niet zo kuise weduwe? François kan natuurlijk ook Elckerlyc zijn. 't Zijn maar ideeën.


Michelangelo Caravaggio, Judith onthoofdt Holofernes

Bij Caravaggio ziet de onthoofding van Holofernes er wel eventjes anders uit: dat is barok van vroeger zoals we die kennen. Dit schilderij hangt overigens niet op de tentoonstelling.

Ik vind dit wel een zeer geslaagde tentoonstelling: Luc Tuymans biedt wat hij zich voorgenomen had: de werken van nu beantwoorden in ieder geval aan de criteria die hij zich gesteld had. Een andere must see is deze expo: gaan kijken is zeker geen tijdverspilling. O ja, plaats van de actie: het M HKA, Antwerpen of course, in die interessante voorstad van Turnhout!

Sanguine/Bloedrood - II - Berlinde de Bruyckere

Berlinde de Bruyckere is op deze tentoonstelling aanwezig met een werk uit het jaar 2000: In Flanders Fields.







Dit is wat Luc Tuymans het intense van nu noemt.

donderdag 2 augustus 2018

Het Snijders&Rockoxhuis - III

Naast Rubens, Van Dyck en Snijders zijn er in het Snijders&Rockoxhuis werken van veel andere namen te ontdekken, van kleinere goden zou je kunnen zeggen, maar die zeker ook de moeite waard zijn.

Er hangt een 'Bewening van Christus' van Catharina van Hemessen, dochter van de schilder Jan van Hemessen. Zij leefde van ca. 1527/28 tot ergens na 1560: veel schijnt er over haar niet met zekerheid geweten te zijn. Ze was wel hofdame van Maria van Hongarije, en in haar tijd een bekende vrouwelijke schilder: eigenaardige combinatie, maar dat kon kennelijk. We zien de dode Christus wiens hand teder vastgehouden wordt door Maria Magdalena: zij is te herkennen aan de pot zalf die voor het rechterbeen van de gestorvene staat. Maria kijkt met gevouwen handen vol deernis naar haar Zoon, en boven haar staat Johannes vol verdriet: hij wist met een zakdoek zijn tranen weg. Het landschap in de achtergrond zou het hemelse Jeruzalem moeten zijn. We zijn nog bijna honderd jaar verwijderd van Rubens en Van Dyck, en dat merk je: dit schilderij doet me iet of wat denken aan de Vlaamse Primitieven, de renaissance heeft Catharina van Hemessen nog niet helemaal in haar vingers.


Catharina van Hemessen, Bewening van Christus, olieverf op paneel

Een werk dat daar een beetje op gelijkt, komt uit het Atelier van Rogier van der Weyden en heeft de eigenaardige titel 'Triniteit', dat wil zeggen 'trinité' vernederlandst. Noem dat dan toch gewoon 'drievuldigheid', dat is echt Nederlands. Zes figuren zie je hier: God de Vader, die zijn dode Zoon vasthoudt, naast hem links en rechts een engel: de linkse heeft de lans vast waarmee Christus de wonde in zijn zijde heeft opgelopen, de rechtse houdt het kruis recht waaraan Hij gestorven is. De twee engelen onderaan lijken Christus mee te ondersteunen. Waar is het derde lid van de Drievuldigheid dan? Wel die zat als duif op de rechtschouder van de Mensenzoon, maar door een beschadiging van het schilderij zie je alleen zijn pootjes, maar je moet goed kijken, dat wel.


Atelier van Rogier van der Weyden, Triniteit, olieverf op paneel, ca. 1430-1440

In Antwerpen was op het einde van de vijftiende en in het begin van de zestiende eeuw een heuse 'retabelindustrie' aan de gang, als ik het zo mag noemen. Het bekende retabel van Sint-Job in Schoonbroek (Retie) is ook van Antwerpen afkomstig. Hier hebben we te maken met een huisretabel: zoiets vond je alleen bij patriciërs en andere heel rijke mensen. De heiligen op de luiken zijn links Clara, de vriendin van Franciscus van Assisi, en rechts de heilige Adriaan, allicht de patroonheiligen van het echtpaar in wiens huis het retabel stond. De voorstelling centraal is die van de 'Aanbidding van de drie Wijzen': bijzonder levendig zijn  de figuurtjes gebeeldhouwd, en een voor een uit een apart houtblok gesneden. Er moet toentertijd een bloeiende kunstnijverheid in Antwerpen geweest zijn, en veel ambachtslui hebben er hun brood mee verdiend.


Anoniem, Antwerps, Huisretabel,Aanbidding der wijzen met op de luiken de heilige Clara en de heilige Adriaan, Hout, polychromie, 1515-1520

Uit Mechelen komt dan weer een 'Sint-Joris met de draak', door een anonieme kunstenaar. Die stad was toen ook een zeer belangrijk en bedrijvig centrum. Sint-Joris staat op het punt de kop van de verslagen draak af te hakken, echter, in dit beeldje is de lans verdwenen. Toch blijft het een mooi beeldje.


Anoniem, Mechels, Sint-Joris doodt de draak, notenhout, gepolychromeerd, ca. 1500-1510

Het Snijders&Rockoxhuis heeft echt veel te bieden: een bezoek is meer dan de moeite waard. Laat je niet pramen: ga er naartoe!