zaterdag 10 september 2016

De Mark: Meersel-Dreef en verder - II

De Mark loopt naar het noorden, en mondt onder de naam de Dintel uit in het Hollands Diep. Meersel-Dreef is het meest noordelijke dorp van ons koninkrijk, ergo: hier stroomt hij het belendende koninkrijk binnen. De natuur stoort zich niet aan staatsgrenzen, en de vele fietsers hier al evenmin, en zo hoort het ook, denk ik dan. Je komt wel een goed onderhouden grenspaal tegen, Nr 218 uit 1843, toen de Belgisch-Nederlandse grens officieel werd vastgelegd. Twee heraldische leeuwen sieren de paal, aan de zuidkant de Belgische, aan de noordkant de Nederlandse. Bijna identiek zijn ze, maar die van de Batavieren houdt manmoedig een zwaard in zijn rechterklauw. Een beetje overbodig, zou je denken, want tussen Noord en Zuid is het al sinds mensenheugenis 'pais en vree'.


Grenspaal 218 uit 1843

Voor wie grenzen ook helemaal geen rol spelen, niet eens bestaan, dat is mijn maatje de blauwe reiger: gisteren was hij nog Belgisch, vandaag spot ik hem in Nederland. Op zijn manier is hij een trekvogel geworden, een migrant. En in beide landen is hij even geliefd, zeker weten.


Blauwe Markreiger (Nederlands)

Nog andere vogels weten de Mark te appreciëren: in een weiland en in de rivier, niet zo ver van de Klokkenberg, in de 19de eeuw een sanatorium, hebben ganzen verzamelen geblazen: Canadese zijn erbij, maar ook witte, en ze zullen daar niet zitten omdat ze er bijna niets te eten vinden.


Ganzen te land en te water

Nog in de buurt van de Klokkenberg vind ik nog een poosplaats, de 14de. Ik zou ze graag allemaal gaan zoeken en er foto's van nemen, maar ik heb nog wel een eind te gaan: samen zijn  het er eenentwintig. Maar al die tekstjes zijn poëtisch, doen je eventjes nadenken over de natuur en haar schoonheid, en ook haar kwetsbaarheid, en ze zijn meteen ook een 'Ode aan de Mark', wat trouwens de titel van een boekje is dat Pien Storm van Leeuwen gewijd heeft aan de 'Poosplaatsen'. De tekst op de zwerfkei is hier van Pieter Luykx: 'laat mij maar de zuivere leegte / het levende water / het lied van de zon / laat mij maar de boom boven mij / of er nooit iets gebeurt'. Overigens: op de voorgevel van de Klokkenberg is een reliëf te zien dat het Zonnelied van Franciscus van Assisi verbeeldt. Moet ik ook eens gaan bekijken.


Poosplaats 14, Ulvenhout

Dichter bij België ligt poosplaats 13, in het dorp Galder, maar naast de Mark natuurlijk. Je vindt ze aan de rand van een bosje, onder de bomen, wat ook te zien aan de steen zelf. De tekst van van Jos Steegstra: 'waar men zonlicht ziet / glinsteren in de spiegelingen / op wat verborgen blijft / zilvert wind op lang gras'.


Poosplaat 13, Galder


Zonlicht glinstert in spiegelingen

Af en toe rijdt je ook een bed waterlelies voorbij: kleur in overvloed, ook die van de zon.


Ik heb de gele waterlelie lief . . .

De Mark: dat is natuurpracht zonder grenzen. Leuk fietspad, in Nederland en in België. Puur genieten is het daar!

vrijdag 9 september 2016

De Mark: Meersel-Dreef en verder - I

De Nete betekent iets in de provincie Antwerpen: je hebt de Kleine en de Grote Nete, de Scheppelijke Nete, de Molse Nete, de Witte en de Zwarte Nete: de Kempen is vergeven van de Netes, en al dat water mondt ten slotte uit in de Schelde. Felix Timmermans heeft zijn steentje en zijn boeken bijgedragen en daarmee van de Netevallei een 'idyllisch paradijs' gemaakt. Beroemd is de Nete!

Niets van dat alles als het over de Mark gaat: je hebt de Mark en het Merkske, meer namen zijn er niet. Toch toch: in Rijkevorsel loopt de Kleine Mark. Ik ken ook geen schrijvers uit de Noorderkempen of Noord-Brabantse collega's die de rivier uitgebreid verheerlijkt hebben. Bescheidener blijven we hier, want een wereldwonder is de Mark niet, en we zijn zo nuchter dat we er dat ook niet van willen maken. Toch ben ik een grote liefhebber van de Mark: je kunt hem volgen vanaf de Geheulse Dijk in Merksplas tot  voorbij Breda, internationaal is deze waterloop, en op 21 poosplaatsen vind je tekstjes op zwerfkeien. Die zijn geschreven door Vlaamse en Nederlandse dichters, en die doen 'verpozen', stilstaan en reflecteren. Het initiatief komt van de Nederlandse Pien Storm van Leeuwen, waarvoor alle lof.

De Meerselmolen aan het begin van het dorp Meersel-Dreef is een goede vertrekplaats voor een tochtje langs de Mark richting Breda. De geschiedenis van die molen gaat terug tot tenminste 1382; het gebouw kende in de loop van de tijd veel veranderingen, aanpassingen en nieuwbouw, en wordt in 1993 beschermd monument. Vlakbij vind je poosplaats 9: de tekst van Marc Pairon luidt als volgt: 'Waar het water maalt / is geschiedenis de erosie / van de overlevering. / Een kiezel kan geen / kei meer worden.' Over voorbijgaande tijd die de wereld doet veranderen.


De Meerselmolen


De tijd zorgt voor metamorfose

Aan beide zijden van het fietspad bloeit de reuzenbalsemien overvloedig, welig tierend met zijn honderden: prachtig is de massa roze, lila en witte bloemen! De plant komt uit de Himalaya, is rond 1850 in Europa ingevoerd, en verwildert hier sinds 1915 zowat overal: een invasieve soort, noemt men dat. En je kunt er inderdaad niet naast kijken.


Reuzenbalsemien à volonté

En natuurlijk is ook het rivierlandschap de moeite waard: geen rijker kroon dan eigen schoon, luidt dan de oude zegswijze. Het hoeft niet per se exotisch te zijn om voor de wereld in bewondering te staan.


Een bocht in de rivier

De blauwe reiger vindt hier ook zijn kostje: waakzaam is hij wel als je een foto van hem wilt nemen, en je mag niet te bruusk bewegen, want anders vliegt hij op, landt vijftig meter verder, waar hij denkt veiliger te zijn, en vraagt zich waarschijnlijk af of hij nog niet gestoord is bij zijn dagelijkse bezigheden, in zijn zonovergoten habitat, bovendien weet je maar nooit met die mensen. 't Is zomer voor iedereen, voel je hem denken, en zeker ook voor mij. Hij heeft gelijk, maar ook voor ons schijnt de zon.


De blauwe Markreiger (Belgisch)