vrijdag 19 oktober 2012

Kees Verwey in het Jakob Smitsmuseum

Het Jakob Smitsmuseum is niet het grootste en bekendste museum van de provincie, verre van zou ik eerder zeggen, maar het is vaak een schatkamer: je kunt er in een permanente tentoonstelling natuurlijk heel wat werken de van Jakob Smits zien, ik ben er ooit eens geweest voor Eugène van Mieghem, voor foto's van Lieve Blancquaert, en het grootste huzarenstuk in Mol-Sluis was de tentoonstelling van de zestig etsen van Francisco Goya: 'Los Desastros de la guerra' eind 2004. Het kleine museum presteert wel eens iets, kun je wel stellen. Zoals ook nu weer: van de Nederlandse schilder Kees Verwey (1900-1995) zijn er meer dan 40 werken samengebracht: het is nogal wat, toch.

Wereldberoemd is hij niet, deze Kees Verwey, maar zijn naam doet bij meer mensen toch een belletje rinkelen. Hij is geboren in een eerder kunstzinnig milieu: hij was een oomzegger van Albert Verwey, niet de minste van de Tachtigers. Kees blijkt al zeer vroeg goed te kunnen tekenen: hij ontwikkelt zich als schilder en aquarellist. Toch heeft hij lang op erkenning moeten wachten: in 1954 een tentoonstelling in het Stedelijk in Amsterdam, en pas in 1978 'excelleerde hij in de tempel van de moderne kunst, het Stedelijk Museum in Amsterdam': hij was toen bijna tachtig. Dat ligt nogal aan het parcours dat Verwey afgelegd heeft: nooit echt meegedaan aan moderne stromingen, nooit Mondriaan of Karel Appel gevolgd, altijd zowat zijn eigen zin gedaan.

Volgens een gidsje dat je op de tentoonstelling meekrijgt, was het imago van zijn persoonlijkheid in de laatste jaren van zijn leven 'bruusk, baldadig en schofferend'. Poeslief in de omgang moet hij niet geweest zijn. Hij zet zichzelf neer als zeer energieke schilder, in zijn volle lengte en wijdbeens, hij lijkt zijn penseel als houwdegen te hanteren: action painting zou je het kunnen noemen. Maar dat doek noemt hij dan 'Het mannetje'.

Kees Verwey: Het mannetje

Hij is ook bekend voor zijn schilderijen en aquarellen van bloemen, waarin vooral de kleur en het licht het belangrijkst zijn, lijkt mij. Een mooi voorbeeld daarvan is de aquarel 'Bloemstuk in geel': het gaat niet om de gedetailleerde en precieze weergave van de bloemen, maar om de lichte frisheid van het geheel.


Bloemstuk in geel

Die grote, stoere man die Verwey was, had zeer zeker zijn tedere kanten. Dat 'mannetje' was als titel helemaal niet slecht gekozen: hij kende zichzelf klaarblijkelijk wel. Zo hangt er een aquarel waarop zijn vrouw Jeanne met een poes aan tafel: heel zacht is dat werk, en licht ook.


Jeanne met poes aan tafel, 1965

In dezelfde sfeer zit een theetafel, maar niet zomaar een:


Moeders theetafel op haar 79ste verjaardag, 1951

Verwey zei ook van zichzelf dat hij geen verbeelding had: hij schilderde wat hij zag. Zijn atelier bijvoorbeeld is een geliefkoosd onderwerp, en dat lag er meestal rommelig tot zeer chaotisch bij. Maar dat atelier waar hij zoveel tijd had doorgebracht, gaf natuurlijk ook heel zijn leven weer. En dat geeft schilderijen waar het licht weer een prominente rol in speelt.


Het atelier : licht over de chaos


Zelfportret in atelier

Kees Verwey in Jakob Smits: een boeiende tentoonstelling is het, je leert er iemand kennen en je ziet er mooie dingen: de verplaatsing is erg de moeite waard. Zou je moeten doen. Nog tot 16 december.

Geen opmerkingen: