zondag 25 oktober 2020

Paddenstoelenwandelingen - 1

Laat de afgelopen week nu eens echt een wandelweek geweest zijn: maandag met Yves en met goed weer in het Vennengebied, vrijdag met Fred en weer met goed weer in het Vennengebied, en zaterdag met Jasper en Lene en mijn  twee kleindochters met motregen in het Gewestbos in Ravels. Vroeger heette het daar 'de Staatsbossen', maar we leven tegenwoordig niet meer in een staat, wel in een gewest. Dat is overzichtelijker voor kleine luiden die toch groot willen zijn, of denken te zijn.

Ik ging het over wandelen hebben - waar gaan we naartoe, zou je je retorisch kunnen afvragen? Naar de bossen, daar kunnen we hossen, zoals Jasperina de Jong ooit zong. En profiteren van de open lucht en de vrije natuur en de herfst, hoewel Erik er niet bij was. En de stilte, die is bij wijze van spreken geestesverruimend en geruststellend: we hoeven hier niet ongerust te zijn over covid-19 of welk nummer dan ook.

Yves te midden van berken en ander geboomt'

Bloemen bloeien nu niet meer, bladeren vallen een beetje langzamerhand, maar nog niet in massa's, maar paddenstoelen schieten spreekwoordelijk uit de grond. Natuurlijk zijn er ook dwarsliggers: elfenbankjes die het meer voor de hoogte hebben: ze groeien met hun berk naar boven, verheffen zich hoog boven hun laag-bij-de-grondse broeders en zusters. Elfenbankjes zijn er ook in soorten, de ene bank is de andere niet. Overigens worden ze ook berkenzwammen genoemd.

Semper excelsior: berkenzwammen, oftewel elfenbankjes

Die paddenstoelen die hun plaats kennen, plegen wel eens bijzondere namen te hebben: zo heet er eentje 'plooivoetstuifzwam', een samenstelling bestaande uit vier delen, terwijl het toch maar een bescheiden plantje is. Als hij nog jong en helemaal wit is, kun je hem eten, maar de hoofdhuid en de steel moeten dan wel verwijderd worden. Ik zou zeggen 'Vorsicht geboten', en je hebt er heel wat van nodig: groot zijn  ze niet.

Plooivoetstuifzwam

In de Langvenstraat slaan we ten slotte rechtsaf en komen aan het uitkijkpunt op het Koeven. Veel water staat daar niet in: het heeft lang nog niet genoeg geregend om de waterhuishouding weer op peil te brengen. Maar verrassing: aan het genoemde ven zien we geen runderen, maar in een wip dagen er zeker een dozijn  geiten en bokken op. Dat is natuurlijk nog geen reden om de naam van het ven te veranderen: het kan een verschijnsel zijn dat weer snel verdwijnt, een mild en onschuldig symptoom van Geit-19, of Geit-12, als je wil. Je hoeft er helemaal niet voor in quarantaine. En als om te bewijzen dat hij bestand is tegen en immuun voor Geit-19 of 12, laat Yves zich vereeuwigen met een aantal van de dieren, met een streepje Koeven op de achtergrond. En zoals te voorzien: hij heeft geen symptomen, hij mekkert niet, hij drukt zich meer dan vlot uit in het Nederlands en het Frans, de twee belangrijkste talen van onze staat.

Geiten aan het Koeven. Rechts: Yves

Besluit: voor een coronavrije wandeling, trek naar het Koeven. Paddenstoelen en een onverwachte diersoort krijg je er gratis bij. Zeer aan te raden, zoals altijd in het Vennengebied!

Geen opmerkingen: