zondag 11 mei 2008

Toertje maken





Gisteren, 10 mei, ben ik voor het eerst dit jaar opnieuw een serieuze tocht met mijn scootmobiel, mijn Harley Davidson gaan maken. Veel later dan vorig jaar: toen was het op 8 mei voor het eerst sinds zes weken slecht weer. We hadden toen een echt zomerse april, maar de achtste mei was het slecht: ik moest toen op het Atheneum zijn, en de school had uitgerekend die dag sportdag:pech. Maar dit jaar is de zomer pas begonnen rond 8 mei, wat nog altijd behoorlijk vroeg is.

En ik dus opnieuw de Kempen in. Langs het kanaal, vertrek brug 1, aan verleden brug 3, opgeblazen tijdens de Tweede Wereldoorlog, rechts naar Merksplas, achter de kerk daar naar het Berkelaar, zo naar de Geheulse Dijk, dan naar links de kastelein oversteken, en dan kom je weer naast het kanaal, en dan tot aan brug 2, en zo naar huis. En lange rit, die ik de vorige drie jaren al vaak gescooterd heb. Men vraagt mij wel eens of dat niet vervelend is, of eentonig, steeds dezelfde tochten, elk jaar opnieuw. Maar neen, natuurlijk is dat niet vervelend of eentonig. Gisteren voelde ik mij alsof ik mijn territorium opnieuw in bezit nam: zoals dieren die na hun winterslaap naar buiten komen en de wereld opnieuw gaan verkennen, zo van 'hier ben ik weer'. En ik geniet ervan weer te zien hoe mooi de Kempen wel is, het platteland rond Merksplas en aan het kanaal. Alles badend in een gulle zon, wat wil een mens meer?

Je ziet de wereld na de grijze winter zijn kleur weer aantrekken: brem en boterbloemen a volonté. Die boterbloemen waren al bijna uitgebloeid. En aan brug 3 hebben ze een oude bunker ingericht als vleermuizenbunker: natuurbehoud in Duits beton! De weilanden naast het Berkelaar zijn een gele boterbloemen, in se serre verderop haken de tomatenplanten weer naar boven, de tomaatjes nog klein en groen-geel, de akkers liggen er zwart bij, want pas geploegd, of grijs als de zon er al een tijdje opgestaan heeft, ze liggen te wachten om veld te worden. De natuur in volle activiteit: een prachtig paard met een zeer pril veulentje, maar al zelfstandig; De moeder is ongerust en komt naar me toe: wat is dat voor een rare man met zo'n eigenaardig voertuig, en met een apparaat voor zijn neus: het jong moet beschermd worden. In het kanaal zwemmen jonge eendjes, het terras van de 'Largo' mooi bevolkt: de wereld is weer wakker, hij is weer begonnen.

Geen opmerkingen: