Over de nawerking van dit tragische ongeval heeft Van der Heyden inmiddels een 'requiemroman' geschreven. 'Tonio' is de eigenlijke titel. Van der Heyden schrijft een bijna minutieus verslag van wat de dood van zijn zoon met hem en zijn vrouw heeft gedaan en doet. Vrolijk word je niet van dit boek, dat 633 bladzijden telt. Een paar keer dacht ik: 'Adri, nu is het wel genoeg voor eventjes.' Maar het boek niet uitgelezen wegleggen, dat kun je de schrijver niet aandoen, een minimum aan respect, empathie en piëteit is hier een morele plicht. En ik wilde hoe dan ook weten hoe het hem en zijn vrouw verder zou vergaan, wat er in zijn reconstructie van de feiten nog aan het licht zou komen. In die zin is de roman, raar maar waar en niet ongepast, ook spannend: ik wilde het verschil tussen wat ik wilde weten, maar nog niets wist, uitwissen. Dan is lezen natuurlijk niet echt een opgave.
Het boek grijpt je naar de keel, blijft aan de ribben plakken, beklijft.
Op pagina 312 vat Van der Heyden wat hij voelt en beleeft bijzonder treffend in deze zin: 'De gestorven Tonio rust onontkoombaar zwaar en roerloos in de kreunende hangmat van mijn aandacht'. Prachtige zin vind ik dat.
De laatste zin, op p. 633 luidt: 'Ja, ik geloof echt dat de doden een bepaalde energie voor ons achterlaten.' Die zin komt niet uit Van der Heydens mond, maar het monument dat hij voor Tonio heeft opgericht, is daar misschien toch een bewijs van.
Het lezen dubbel en dik waard, dit romanrequiem.
Tonio als Oscar Wilde
Geen opmerkingen:
Een reactie posten