zaterdag 22 augustus 2009

Zes gerenommeerde vocale gezelschappen


Gerenommeerd vocaal gezelschap

Zaterdagochtend hebben wij ons zwemuurtje, Vic en ik: eens niet te overdreven bewegen kan nooit kwaad, ook en zeker niet voor een ms-patiënt zoals ik. Sta ik na onze beurt in de kleedcabine, de radio staat op 'Radio 2', 'de grootste familie van Vlaanderen', het loopt tegen de middag, en dan is er de obligate reclame. In principe te verwaarlozen boodschappen, maar ethervervuiling moet ook kunnen in deze moderne tijd. Een sensueel-erotische mannenstem heeft het over een muziekfestival waar 'zes gerenommeerde vocale gezelschappen' zullen optreden: allen daarheen! Eigenlijk bedoelt hij 'zes bekende koren', maar dat zegt hij niet, dat is te gewoon. De grootste familie krijgt een hogere taallaag geserveerd, waardoor het buitengewone, de meerwaarde van het aangebodene wordt gesuggereerd. Dat de betekenis een beetje duisterder wordt: een kniesoor die daarom maalt. Mensen voelen zich belangrijk als ze het vermeende 'hogere, betere' verstaan, en daar speelt de boodschap kennelijk op in. Daarvoor mogen rustig gekunstelde woordenschat en een onnatuurlijk stemtimbre ingezet worden: mensen bedriegen en beliegen mag kennelijk, maar met stijl dan, zelf opgelegde efficiënte stijl.

Mijn leraar Nederlands (in de jaren 60 zijn we dan) hield ons altijd voor: schrijf zoals je beschaafd zou spreken. Je zegt en schrijft 'hoe heet je', niet 'oenoemdegèè'. Hetzelfde heb ik mijn eigen leerlingen altijd voorgehouden: taal is in de eerste plaats een communicatiemiddel, dient mensen met elkaar in contact te brengen, niet om afstanden te scheppen. Woorden en taal zijn niet hetzelfde als de twee strepen om de mouw van de korporaal, of de drie - zelfs vijf - op de kraag van een generaal. Taal dient niet om hiërarchieën te vestigen, taal, zou je denken, is een middel tot democratisering. Dat wil niet zeggen dat er geen vaktalen ndig zijn en mogen bestaan, en evenmin dat we op het niveau moeten blijven steken van wat ik in het Engels noemde 'I open the door and I shut the window'.

Maar taal gebruiken door op schijnwaarden in te spelen en ze in feite te propageren vind ik een verwerpelijk procédé: taal moet duidelijk maken, onthullen, niet verhullen of de mensen afschrikken en doen reageren met 'Die kan het zo goed zeggen, dat zal dus wel waar zijn'. Waardoor en waarna ze er het zwijgen toe doen, en van enig contact geen sprake kan zijn. Maar dat is ook niet de bedoeling van reclame natuurlijk: verleiden is de boodschap, goed of minder goed verborgen.

Geen opmerkingen: