zaterdag 7 april 2018

Eerste Vennentocht 2018

Lang heeft het dit jaar geduurd eer ik nog eens naar het Vennengebied kon rijden: niet dat de winter zo koud is geweest. Frank de Boosere heeft het twee keer over een winterprik gehad, en een winterprik is er maar eventjes, het is een kleine bijna pijnloze injectie. We hebben wel eens sneeuw gezien, maar winter? Dat is nog iets anders. Wel veel grijsheid was ons deel en net zo goed veel regen. Maar vandaag, 7 april, is het weer uitnodigend, en dan ga ik weer naar mijn achtertuin voor de eerst herkennismaking van dit jaar.

Een eerste ankerpunt is de vroegere boerderij in de Elzenstraat, huisnummer 23. In de jaren vijftig gingen onze ouders met een paar vrienden en hun kinderen natuurlijk altijd verpozen in wat wij het 'Zavelkot' noemden; nu mag je er niet meer in. Dat was ontspanning en toerisme in eigen streek: naar zee reizen, of naar de Ardennen zat er toen nog niet in, dat was iets voor de jaren zestig. Want wij kwamen pas uit een oorlog: wisten wij kleine snotters veel. In die boerderij woonde Louis Helsen, die ons al eens op zijn paard liet zitten - sensatie! - en met wie mijn ouders best opschoten. Ik herinner me dat het in zijn woonkamer altijd even koel was, en dat de vloer vaak klam was en nat uitsloeg. Voorbije tijden en voorbij leven zijn dat nu.


Elzenstraat 23, de boerderij van Louis Helsen

Een andere vaste stek is voor het 'Ezelsven': dat is een plas die de laatste jaren steeds groter wordt, en die na deze winter boordevol staat: ik heb hem zelden zo gezien. In de laatste maanden van vorig jaar was hij haast volledig dichtgegroeid, maar dat is allemaal netjes weggemaaid, en daardoor krijgt dit ven weer lucht en kansen. Op het einde van de zomer wil het wel eens gebeuren dat het uitdroogt, maar daar zijn we nog ver van af.


Het Ezelsven: bijna weids

Hier en daar zwemt een meerkoet, maar de dominerende vogel is hier de meeuw: die lijken er elk jaar meer te zijn. 'Waar de meeuwen schreeuwen': in het Vennengebied met behoorlijk wat decibels!


Meeuwen op het Ezelsven

Voorbij deze plas, richting Zwart Water zijn andere vogels te horen: de kievit is er, en de grutto. En waar het iets bosrijker wordt, zingen de vink en de tjiftjaf hun liedje; er klinken nog andere wijsjes, maar daarvan kan ik de auteurs niet thuis wijzen. 'Spring is in  the air' luidt de grap dan.

Bloemen zijn er nog niet te veel: madeliefjes wel natuurlijk, deze kleine herauten van de lente, en de onverwoestbare paardenbloemen, en de bescheiden hondsdraf; er groeit inderdaad al wat.


Hondsdraf


Tenslotte: een wilg pronkt uitgelaten met zijn bijna uitgebloeide katjes. Binnenkort zal hij in blad staan, en dan hebben wij het warmer en doet het leven weer meer deugd. Er komen weer betere maanden aan!

Geen opmerkingen: